Blinde mensen hebben baat bij echolokalisatie

Niet alleen vleermuizen of walvissen kunnen hun plaats bepalen door middel van geluid, ook blinde en slechtziende mensen kunnen hun voordeel doen met zogeheten echolokalisatie. Dat blijkt uit Brits onderzoek. De uitkomsten van dat onderzoek werden op woensdag 2 juni gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift PLOS ONE.

Tijdens trainingssessies oefenden proefpersonen met het onderscheiden van grote en kleine voorwerpen door met hun tong te klikken. Ook zochten ze hun weg door een doolhof en bepaalden ze of een rechthoekig vlak al dan niet rechtop stond. 

De blinde proefpersonen kregen drie maanden na het onderzoek een vragenlijst voorgelegd. Daaruit bleek dat ze gemiddeld mobieler waren geworden. In 83 procent van de gevallen waren ze ook onafhankelijker en gelukkiger. 

Richard van Wezel, hoogleraar neurowetenschappen aan de Radboud Universiteit in Nijmegen,  onderzocht hoe gesproken of voelbare informatie blinde mensen op weg kan helpen, en hij vertelt in de Volkskrant: “Uiteindelijk is er niet één methode de beste. Het nadeel van tongklikken is dat het er een beetje raar uit kan zien. Maar het voordeel is dat je je tong altijd kan inzetten. Bij digitale hulpmiddelen kan er altijd iets stuk gaan of kan de batterij leeg raken.”

Carine Lichtenberg verzorgt trainingen echolokalisatie bij Bartiméus. Zij ziet dat het een positief effect kan hebben op de mobiliteit van cliënten: “Laatst nog was er een vrouw die ’s avonds niet meer de deur uit ging. Nu doet ze dat wel weer, door echolokalisatie te gebruiken op lastige punten in haar route”, zegt ze in de Volkskrant.